Vrolijke wetenschap

Geachte,

met onderstand bericht ben ik zo vrij u nog maar eens lastig te vallen. De discussie over god, moraal, vrijheid blijft uiteraard voortwoekeren, maar onverwacht vond ik, hoop ik, een oplossing voor het probleem waarom het actuele zogenaamde rationalisme zo duister, zo Spaans lijkt, in de betekenis van verweven met inquisitie en dat soort zaken, feesten dus van angst en pijn. Concreet reageer ik hiermee op het artikel van Jan Maes in DS

De neurologie zet prachtige stappen voorwaarts, vooral voor wie kan begrijpen dat menselijke breinen tot heel uiteenlopende prestaties in staat zijn, van het bouwen van elegante bruggen over verlaten dokken tot het hertelen van de oerkip. Jan Maes meent uit die voortschrijdende inzichten te mogen afleiden wat Gerard Walschap al vurig hoopte, dat men in het brein de laatste illusie over het bestaan van god zou kunnen wegvegen. Daaruit leidt hij dan met zwier af dat er voor een theologie van zonde en ziel, van vrijheid ook geen plaats meer is.
Dat zijn benadering op aandachtige en zorgvuldige argumentatie berust, durven we niet te betwijfelen, maar vooral zijn verzuchting dat de mens toch graag een bijzonder wezen zou zijn, wat het dus voor alle duidelijkheid niet, is, roept ergernis bij me, een beetje veel nostalgie en onbegrip.

Nog eens aan de kwaliteit van de argumentatie ligt het niet, wel aan de vaststelling dat men heel veel zorg besteedt aan het bewijzen dat de mens zich geen illusies hoeft te maken. We zijn volkomen door de natuur bepaald en bioneurologische en fysiologische functies alles a priori zouden vastleggen. Alsof de bevindingen van de neurologie alleen maar daartoe zouden moeten leiden. Dat ons brein niet meer zou kunnen dan wat het kan, omdat het is wat het is, dat lijkt me evident. Maar daarmee is uiteraard niets gezegd. Dat we er al volkomen zicht op hebben hoe het brein functioneert en wat de limieten zouden zijn van dat brein, lijkt me evenmin door wetenschappelijk onderzoek vastgelegd. Wat misschien wel een beetje nostalgie opwekt is de beslistheid van deze uitspraak. Toen we tieners waren dachten we dat wetenschappelijke uitspraken definitief waren, dat was voor we ons echt met de methode vertrouwd konden maken.

Maar de irritatie komt ook voort uit het feit dat het wetenschappelijke denken in deze context per definitie zou moeten leiden naar een mensbeeld waar weinig meer over te vertellen valt dan over een fruitvlieg of een Inguanadon: wordt geboren, plant zich voort, eet, slaapt en sterft. Laten we wel wezen, de idee van Newton en anderen proberen het boek van de natuur te lezen, ook van het menselijke brein, kan een andere sturing geven aan onze inzichten over moraal, indien nodig, vrijheid en onbepaaldheid.

Maar laten we toch niet vergeten dat de benadering van de heer Jan Maes ergens toch weer een contradicitie oproept, namelijk als hij lijkt te suggereren dat de mens monofysisch van aard is, er is geen ziel, die buiten of los van het lichaam bestaat, waarin ik hem kan volgen, dan vergeet dat hij dat het brein, het zenuwstelsel ook verbonden is en in interactie staat met de hormonenproductie, die onafhankelijk van dat brein interageert met het lichaam maar in het brein wellicht de modulatie kan vinden om zich te realiseren. Een ander aspect van de visie die door Jan Maes verdedigd wordt is dat artistieke of wetenschappelijke onbepaaldheid en dus vrijheid wel degelijk bestaat. Jan Fabre tekende jaren geleden met een balpen grote oppervlakten vol, was dat dan gedetermineerd? Of Matthias Görne die de Erlkönig zingt, is dat dan gedetermineerd? Of als een man een vrouw niet verkracht maar haar met charme en overtuiging zo verleidt dat ze achteraf geen hard feelings heeft, integendeel, is dat dan geen modulatie van de seksuele drift, die niet denkbaar is zonder een minimale vrijheid om aan de drift tegemoet te komen?
Het blijft me verbazen en daarom reageer ik erop dat men vandaag het determinisme, bepaald zijn door de natuur zo sterk in de verf zet, omdat, met ieders welnemen de suggestie van Darwin's adaptatieleer - aka de evolutietheorie - aanpassingen suggereert die niet altijd even functioneel zijn. De ontwikkeling van het brein en het zelfbewustzijn van de mens heeft meteen ook ruimte geschapen voor niet functionele activiteiten en daar zijn we wat blij mee. Rik Pinxten schreef onlangs dat hij niet zo vrolijk werd van de inzichten die hij uit zijn wetenschappelijk bedrijf puren kan. Jan Maes lijkt ook zo iemand. Maar als de uitgangspunten van de wetenschap alleen maar kunnen behelzen dat men de mens zijn hang naar een bijzondere status moet ontzeggen, dan, zou ik zeggen, is er iets fataals aan de hand. Want dan kan men echt niet vrolijker worden van de wetenschap. En dan valt te vrezen dat dit soort wetenschap eindelijk niet zo ver af staat van dat wat de goede oude kerk en haar donkere feesten van angst en pijn voor de mens in petto hadden: gedenkt, gij sterveling, dat gij wel een brein hebt, dat gij wel kunt kiezen wat gij eten zult, maar dat gij niet meer vermoogt dan wat rondkrasselen over de aarde, daartoe moet gij niet reiken, want dat is uw niet gegeven. Juist echter, menen wij, de onbepaaldheid van de mens maakt dat wij dan misschien wel geen ziel hebben, maar wel een onbepaalde speling hebben om onze driften en onze verveling vorm te geven en te moduleren.
Bart Haers

PS het kan ook de vrouw zijn die verleidt, maar verkrachting, voor zover we het over de gewone gang van zaken hebben, is meestal een mannelijke daad. De vrouw kan overigens ook… enfin, dat zou ons te ver leiden.

Reacties

  1. hoe dan ook. bij het lezen van de krantenartikel van jan Maes, neuroloog vind ik ook dat hij kort door de bocht gaat. het is niet omdat wij nu inzien dat onze identiteit, onze ziel, ons bewustzijn en onze identiteit niet gevat zijn in een homunculus, maar een samenspel zijn van chemo-elektrische processen in onze hersenen dat wij willoos zijn gevangen in determinisme. Er is ook nog zoiets als de quantum-onzekerheid die op het allerkleinste niveau een oneindig aantal vrijheidsgraden oplevert. De tijd is unidirectioneel. De geschiedenis plooit zich open, ontvouwt zich. Een terugkeer is niet mogelijk. In die zin loopt alles "zoals het had moeten zijn", volgens de "goddelijke voorzienigheid". Maar, zolang het zich niet heeft gerealiseerd zal onze identiteit, die een geprojecteerd samengesteld geheel is dat continu wordt gecreeert door onze samenspelende neuronen, zijn rol spelen. Deze rol is een rol met vrijheden die wijzelf construeren. Deze rol veronderstelt vrijheid waaraan wij ons niet kunnen onttrekken. En uiteindelijk zullen wij op ieder ogenblik de toekomst vorm geven en uit alle mogelijke werelden die wereld gestalte geven die wij telkens voor onszelf construeren in vrijheid. Het determinisme bestaat er alleen in dat er nooit een herkansing is of zal zijn.
    En of wij nu meer weten over het samenspel van onze neuronen in onze hersenen verandert daar niets aan. Evenmin kan bewezen worden dat er een god is die, naast ons, een bewuste inkijk heeft in wat zich afspeelt. evenmin kan bewezen worden of er een god is die ingrijpt of kan ingrijpen op welk niveau dan ook, en zeker niet indien dit zou verlopen via het allerkleinste, de quantum-onzekere-realiteit. Geloof houdt zijn ruimte naast de wetenschap, maar is er geen onderdeel van of staat er niet mee in tegenspraak. Geloven of niet geloven blijft een kwestie van ... geloof, ook voor de meest erudiete wetenschapper

    BeantwoordenVerwijderen
  2. "...de hormonenproductie, die onafhankelijk van dat brein interageert met het lichaam..."
    Dit klopt natuurlijk niet, op het hoogste niveau werken ze samen (hypothalamus en hypofyse).
    Je bedoelt misschien: onafhankelijk van ons bewustzijn of onze wil, maar dat betreft alleen de cortex en lang niet het hele brein.
    Lieve

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. juist, dat had ik inderdaad anders moeten formulere... maar ik zocht de tegenstelling wat op te poken.

      Verwijderen
  3. Dat Jan Maes gelijk heeft in de slotzin van zijn bijdrage, blijkt de facto eigenlijk uit vele van de reacties op het forum van DSO, en ook uit deze reactie van Bart.
    De slotzin van Jan Maes luidt:"Maar voor sommigen blijft het blijkbaar moeilijk om zichzelf te zien als een wezen zonder ziel. De mens wil immers zo graag bijzonder zijn."
    Voor veel reageerenden op DSO en ook voor Bart, blijft het blijkbaar moeilijk om zichzelf te zien als een wezen zonder ziel. Ze willen immers zo graag bijzonder zijn en dat zijn ze dus niet, evenmin als ikzelf.
    De ziel, de vrije wil, allemaal hersenspinsels en aftreksels van het gif van het platonisme (dat het westerse denken heeft doordrenkt en nog steeds doordrenkt) en werd en wordt ingelepeld bij de opvoeding van zoveel westerlingen, die het blijkbaar zo moeilijk hebben zich daarvan te bevrijden.
    Ach google maar eens “vrije wil” en de aldaar aangeboden literatuur en links (die dan weer verder verwijzen naar enz ). En als je dat allemaal “vrijwillig” wil lezen ,bestuderen en erover nadenken, dan verzeker ik je één ding: je zal niet vrijwillig werkloos zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. @ Cor Carabas: Ik begrijp echt niet waarom u zoniet de ziel dan toch het zelfbewustzijn en het bewustzijn van het zelf toch meent te moeten erkennen. Ik denk, met alle respect dat we hier te maken hebben met een visie die ik deterministisch pleeg te noemen. Nu, er zijn redenen en feiten genoeg om aan te nemen dat we in zekere mate gedetermineerd zijn. Maar tegelijk zijn er ook feiten, zowel in het practische leven als op andere terreinen, kunst, ingeneering bv wel degelijk een grote onbepaaldheid bestaat. Het gaat dus om het niveau waarover we het hebben: de vrije wil om op vakantie te gaan, of om een aardige persoon te behagen zijn behalve contingent ook een kwestie van overwegingen. Jawel, onze opvoeding speelt hierin mee, ten goede en soms ten kwade. Maar als ik Peter Bieri goed heb begrepen, als ik Susan Neiman enigszins kan volgen volgen, dan moeten we het aan die opvoeding danken dat we elkaar niet op grond van een soort stimulus-reactieproces om de haverklap tegen de grond meppen, verkrachten of erger, als dat kan. De vrije wil is in een concept van beschaving op vele manieren noodzakelijk. En ja, als sommigen de ziel een illusie noemen, dan kan dat best, maar als we ons bewustzijn van ons eigen handelen ook een illusie zouden noemen, dan valt te vrezen dat we met beschaving niet vergeten mogen.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. @ Lieve: ik ben er mij van bewust dat de hormonen inderdaad via de hypothalamus en hypofyse sturen inderdaad de aanmaak van schildklierhormoon, testosteron en oestrogeen om de voortplantingsorganen aan te sturen. Dat we op de werking van die hormonen en de erbij horende emotionele reacties geen vat hebben, klopt natuurlijk niet helemaal. We leren door opvoeding ongerichte woede of woede tegen de verkeerde personen intomen, leren onze gevoelens voor anderen sowieso onder beheersing houden. Het is daarom van belang, zoals ik schreef te beseffen dat we niet zomaar kunnen aannemen dat we inderdaad zomaar op ons instinkt of onze emoties zouden drijven. Dat maakt dat we als menselijke wezens afwijken van andere in het dierenrijk. De discussie over het determinisme in het actueel gepromote mens- en wereldbeeld lijkt me daarom vatbaar voor twijfels en discussie. Het humanisme dat ik tracht te presenteren tracht met die aspecten rekening te houden. Zelf denken we dat we er wat onze condition humaine nog niet uit zijn. Maar vooral, de wetenschappelijke inzichten worden nogal gemakkelijk in een deterministische zin vertaald en ik ben er niet zeker van dat die benadering aangewezen is. Er is reden voor aan te nemen dat inzicht in de inzichten die de neurologie levert ook andere invullingen toelaat. Het verklaringsmodel, meen ik, kan niet voorbij aan het probleem dat niet alle mensen in gelijkaardige omstandigheden op dezelfde manier reageren.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. @anoniem: U heeft het over quantumonzekerheid, onomkeerbaarheid van gerealiseerde handelingen en dus dat het determinisme niet per se te handhaven valt als we telkens weer nieuwe elementen over de werking van de hersenen en het hormonaal stelsel onder ogen krijgen. Het probleem lijkt te zijn dat wie gelooft in God de Vader niet zou begrijpen dat de mens "maar" een dier is, zonder ziel, terwijl dierenvrienden er graag voor pleiten dat dieren nu net wel een ziel hebben of minstens de achting van de mens verdienen. Men zal tegenwerpen dat dit geen contradictie is, maar als je Peter Singer volgt, dan kan men er niet onderuit dat het idee "mens" eindelijk nergens op slaat en dat diezelfde mens voor de beestjes zou moeten zorgen. Voor mij is dat paradoxaal, omdat dan zou besloten moeten worden dat de mens daartoe de vrijheid heeft.
    Kortom, ik meen te mogen aannemen dat de interpretatie van wetenschappelijke inzichten niet zomaar onmiddellijk naar een richting moet volgen. Met andere woorden, als Rik Pinxten niet vrolijk wordt van zijn inzichten als antropoloog, dan kan ik hem begrijpen, omdat hij als Europeaan - jawel, hij omgaan met de andere - zijn eigen visie op mens en samenleving als de norm beschouwt. Zelf denk ik dat ook antropologisch onderzoek, bijvoorbeeld naar de manier waarop volkeren in midden-Afrika omspringen met rampspoed, zou ons moeten doen nadenken over de hesel van de oorlog. We weten het, het slapen van de rede wekt monsters, maar de rede werkt niet op alle domeinen op dezelfde manier. U meent dat geloof en wetenschap elkaar niet uitsluiten. Ik weet niet of die kwestie echt zo relevant is, behalve voor wie het rkk nog maar eens te kijk wil zetten. Mij gaat het er eerder om dat het begrijpen van de wereld, van anderen en van onszelf niet zonder wetenschap kunnen, maar de betekenis van bevindingen vormt niet zelden een dilemma, maar bijna altijd grondige afwegingen. En die kan men niet enkel op wetenschappelijke gronden maken, maar een afweging kan ook niet zonder een ethisch compas. En nu haal ik blijkbaar andere discussies van stal. En toch, als we onze menselijke aard willen cultiveren, moet men ook dat in rekening brengen. Maar ethiek is niet zozeer iets dat men anderen op wenst te leggen, maar waar men, zoals Bento de Spinoza liet zien, ook zelf accepteren en als leidraad hanteren.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. De enige denkfout die men mijns inziens maakt bij de interpretatie van de nieuwe inzichten van de hersenfysiologie, is dat men geneigd is er veel te simplistische conclusies aan vast te knopen. En dat terwijl het neurologisch-humorale systeem uiterst complex is en er vermoedelijk nog maar een klein tipje van de sluier opgelicht werd... Voor (eventueel verregaande) conclusies is het in ieder geval nog veel te vroeg. Hooguit kunnen deze gegevens de kans bieden tot interessante overdenkingen over de draagwijdte van wat we onze vrije wil plegen te noemen en over de mate waarin we bepaald zijn door aangeboren en omgevingsfactoren.
    Lieve

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Ongelijk heeft u natuurlijk niet, want het was ook voor mij al vaker aanleiding om de draagwijdte van het begrip ratio en het begrip rationalisme te onderzoeken. Het eerste is wat we allemaal aanwenden om tot inzicht, beredeneerd of doordacht inzicht te komen met de kennis die we persoonlijk hebben op grond van ervaring en studie. Het tweede is het geloof in de rede om alles op te lossen, te begrijpen. Vandaag is Jean-Paul van Bendegem een van die mensen die durven te zeggen dat inzicht be- en verwondering niet in de weg staat. Maar rationalisten maken op ons soms een angstige en duffe indruk, omdat zij lijken te mogen aannemen dat ze alles snappen en daardoor nergens meer over verwondert te moeten staan. Mij lijkt dat aanmatigend, al was het maar omdat ik niet kan inzien hoe men op zovele fronten tot de meest doorgedreven kennis kan doordringen en die dan nog eens vatten ook. Juist het vooralsnog bescheiden domein van kennis over het brein en over particuliere breinen maakt dat we ons over fundamtele conclusies geen al te grote begoochelingen hoeven te maken.
    Maar het punt is nu net dat men wel meent deterministische conclusies te mogen trekken, ook omtrent de vrije wil. Afgaande op mijn beperkte inzicht terzake en niet onbekend met mensen die een (zware) depressie hebben gehad, denk ik te mogen aannemen dat Peter Bieri een mooie analyse van het terrein gemaakt heeft en bijvoorbeeld aandoeningen van de geestelijke gezondheid ziet als een beperking van de vrije wil.
    Het punt is nu dat in de discussie over godsdiensten zoals die vandaag gevoerd wordt, nogal wat mensen aannemen dat een religieuze gezindheid of behoren tot een kerk vanzelf zo een geestelijke krankheid doet veronderstellen. Dat lijkt me zeer verregaand. Natuurlijk bestaat er zoiets als godsdientswaan, maar als men doorheen historische bronnen dwaalt en bijvoorbeeld kijkt naar opvattingen van Thomas van Aquino, niet in zijn proposities en aandragen van bestaande opinies, maar in zijn conclusies, dan ziet men vooral gepondereerde opvattingen. Maar net dat dwalen door de historische bronnen en de ontwikkeling van concepten volgen, lijkt velen er teveel aan. Daarom gaat men er nogal eens gemakkelijk van uit dat de conclusies definitief mogen heten, terwijl we nog maar begonnen zijn met het onderzoek van het brein, enfin, we hebben, hoelang is het, twintig jaar ontwikkelde scans die een en ander onderzoeken kunnen, maar dan ook nooit in normale omstandigheden, want een onderzoek verlooopt in gecontroleerde omstandigheden en binnen een laboratorium, niet in het vrije veld. Net die gegevens lijken sommigen te negeren. Maar goed, we zullen niet pretenderen een uomo universale te ZIJN, wel te streven naar uitgebreide kennis over vele domeinen, wel bewust van het feit dat we nooit met specialisten kunnen wedijveren. Maar het lijkt wel wenselijk dat er in de media meer aandacht komt voor het wetenschappelijke bedrijf, niet om mensen angst aan te jagen of alleen maar met nieuwtjes en de nieuwste snufjes uit te pakken, maar gewoon om mensen toe te laten de eigen inzichten te toetsen en bepaalde redeneringen beter te kunnen volgen.
    Nog dank voor uw reacties.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts