prima vera
Lentelied
Iedereen spreekt erover
Men gaat zelfs op pad om padden te redden
Om bomen te zien botten en bloemen te vinden
Om het lentelicht te zien
Iedereen verlangt ernaar opnieuw buiten te zitten
Te genieten van een frisse lucht en helder licht
Om opnieuw te voelen dat het leven welig tiert
Dat het bloed toch stromen kan
We weten het, de lente roept het op
Clichés en oude beelden
Romantische zielen verliezen zich in beelden
En kijken verrast op als het gedaan is
Het ontwaken van het leven
We kijken naar de oever van de gracht
Zien je zitten met een paar vriendinnen
Lachen, praten, plagen en dromen
Elkaar sigaretten en een blikje reikend
Het heldere geluid overstemd door wagens en werken
Maar toch, helder genoeg om ervan te genieten
En te bedenken wat jullie er nu van verwachten
Van die eerste lente dat jullie eindelijk vrouw zijn
Weten zal ik het wellicht wel nooit
Maar het belooft wat nu de lente woelt
Want het is het leven dat je voelt
Waarin je je vol verlangen gooit
Plots sta je op en komt op me af
Ik wil niet de vuige gluurder zijn en wendt
Vol zelfmedelijden m’n blik af
Maar je vraagt me of je even m’n hoed mag hebben
Je staat voor mij, nog half op koude voorzien
Maar al helemaal klaar voor het warme bloot geven
Je kijkt me aan, imperiaal en toch vriendelijk
Je ogen schitteren en je hebt iets in gedachte
Ik ben vriendelijk en geef je met enige zorg m’n hoed
Die je met je eigen handigheid over je haren drukt
En je loopt achterwaarts naar je vriendinnen
Nodigt me uit met je mee te gaan
We krijgen een kleine scène
Van een jonge nimf die danst in het lentelicht
Bij het water en je lacht elkeen toe
Je verwacht een lach terug
Maar ik kan je alleen aanstaren
Want dit is wat je niet zomaar verwacht
De kommerloze levensvreugde
Die drift het lichaam te tonen en te lachen
Ik ben te oud en toch, zonder aarzelen neem ik je hand
Leid je in het rond en zelfs zonder muziek
Wordt het even dansen als was er een hoforkest
Je laat je leiden, de afstand verdwijnt
Je vlijt je helemaal tegen me aan
Dit moment van vieren, van vrijheid en lust
Heb je me gegeven en ik zal ’t niet laten verteren
Want ik zal het eren met een zoete wellust
Bart Haers
Iedereen spreekt erover
Men gaat zelfs op pad om padden te redden
Om bomen te zien botten en bloemen te vinden
Om het lentelicht te zien
Iedereen verlangt ernaar opnieuw buiten te zitten
Te genieten van een frisse lucht en helder licht
Om opnieuw te voelen dat het leven welig tiert
Dat het bloed toch stromen kan
We weten het, de lente roept het op
Clichés en oude beelden
Romantische zielen verliezen zich in beelden
En kijken verrast op als het gedaan is
Het ontwaken van het leven
We kijken naar de oever van de gracht
Zien je zitten met een paar vriendinnen
Lachen, praten, plagen en dromen
Elkaar sigaretten en een blikje reikend
Het heldere geluid overstemd door wagens en werken
Maar toch, helder genoeg om ervan te genieten
En te bedenken wat jullie er nu van verwachten
Van die eerste lente dat jullie eindelijk vrouw zijn
Weten zal ik het wellicht wel nooit
Maar het belooft wat nu de lente woelt
Want het is het leven dat je voelt
Waarin je je vol verlangen gooit
Plots sta je op en komt op me af
Ik wil niet de vuige gluurder zijn en wendt
Vol zelfmedelijden m’n blik af
Maar je vraagt me of je even m’n hoed mag hebben
Je staat voor mij, nog half op koude voorzien
Maar al helemaal klaar voor het warme bloot geven
Je kijkt me aan, imperiaal en toch vriendelijk
Je ogen schitteren en je hebt iets in gedachte
Ik ben vriendelijk en geef je met enige zorg m’n hoed
Die je met je eigen handigheid over je haren drukt
En je loopt achterwaarts naar je vriendinnen
Nodigt me uit met je mee te gaan
We krijgen een kleine scène
Van een jonge nimf die danst in het lentelicht
Bij het water en je lacht elkeen toe
Je verwacht een lach terug
Maar ik kan je alleen aanstaren
Want dit is wat je niet zomaar verwacht
De kommerloze levensvreugde
Die drift het lichaam te tonen en te lachen
Ik ben te oud en toch, zonder aarzelen neem ik je hand
Leid je in het rond en zelfs zonder muziek
Wordt het even dansen als was er een hoforkest
Je laat je leiden, de afstand verdwijnt
Je vlijt je helemaal tegen me aan
Dit moment van vieren, van vrijheid en lust
Heb je me gegeven en ik zal ’t niet laten verteren
Want ik zal het eren met een zoete wellust
Bart Haers
Mooi.
BeantwoordenVerwijderenSpijtig van de taalfoutjes.
(Ik) leid je in het rond.
Je vleit je helemaal.
ja, ik zie het nu ook
BeantwoordenVerwijderenvleien wilde je me precies wel niet doen, naar de mond praten dus, maar vlijen betekent zacht neerleggen, dus zich vlijen is zich zacht tegen een tijger aanvlijen (voorbeeld VRT taaltip).
BeantwoordenVerwijderenJe hebt volkomen gelijk. Er is vleien en vlijen. Ik was fout.
BeantwoordenVerwijderen