Boeken

Filosofie en levensbeschouwing

De vrijheid keuzes te maken

Niets onder controle

Lucretius, De natuur van de dingen. De Rerum Natura

Vertaling, inleiding en naschrift over het nachleben: Piet Schrijvers
Prijs: € 49,05
Uitgegeven door: de Historische Uitgeverij Groningen
Verschenen op 14-01-2011
2 -
Gebonden|
612 pagina's|
248 mm
isbn : 9789065544247


Over de aard der zaken

Piet Schrijvers en de Historische uitgeverij hadden dit boek al uit in 2008, maar behalve enkele vage geruchten uit de verte vond ik er weinig over. Recent zag ik de vertaler in het programma boeken over zijn vertaling spreken, naar aanleiding van een onderscheiding, de Martinus Nijhoff Prijs, gelukkig maar.

Eens te meer moeten we, na een eerste kennisname van dit boek, de inleiding en het uitgeleide als hoekdelen, na het centrale deel te hebben bekeken om er iets van te begrijpen, niet zozeer tot een samenvatting te komen, maar wel kanttekeningen brengen. Eenvoudig is dat niet, maar toch, omdat de publicatie ons te belangrijk blijkt, willen we toch een aantal elementen aandragen waarom dan wel het geval is. Voor alle duidelijkheid, een kenner van het werk van Lucretius ben ik niet. Vaak kwam ik de naam de afgelopen dertig jaar tegen, al bleef het moeilijk er echt greep op te krijgen. De lectuur heb ik al eens aangevat, maar bijvoorbeeld de vertaling van Ida Gerardt was me niet onbekend, maar was in de bibliotheek niet zo snel te vinden.

In een Franse vertaling kon ik me wel enigszins vermeien, want het boekje gaf me de kans iets te ontdekken wat me op de moment sterk bezig hield, namelijk hoe samenleving en cultuur niet alles sturen kan wat het individu moveert en roert. In de Europese traditie zouden sommige denkers wellicht slechts bij benadering diezelfde mate van onbevangenheid bereiken, die Lucretius in Rome aan de dag kon leggen. Cicero zou een halve eeuw na Lucretius nog met de nodige nadruk kritiek leveren op het werk De rerum natura, omdat het de bestaande godenwereld zou teniet doen, maar als geschoolde in de Griekse letteren en retorica lijkt net dat een vreemde opmerking van Cicero.

Piet Schrijvers doet er daarom ook goed aan, zonder de zaak helemaal uit te spitten, aan te geven dat Lucretius, anders dan de Stoa de virtus en de Pietas tegenover de staat wel erkent, maar niet als het nec plus ultra blijkt te beschouwen. Virtus is de persoonlijke deugd van de burger, pietas is de basis van de houding van de burger tegenover de staat, c.q. de Republiek. Lucretius zal dit, volgens de vertaler wel overnemen in zijn werk om de burger gunstig te stemmen, maar misschien ook om aan te geven dat hij, de vertaler Lucretius van de leer van Epicurus uit het Grieks, visie wel delen kan.

De Godenwereld van de Romeinen is ten tijde van Cicero in wezen al een redelijk aftands gegeven, een zaak van staatsordening, zonder dat het mensen dwingt in een bepaalde richting ook te denken. Maar Lucretius lijkt dat nogal dwaas te vinden dat men iets zou moeten accepteren waar men redelijkerwijs niet in geloven kan. De werkelijkheid is dat Lucretius de staat op andere principes gebouwd wenst te zien dan men tot dan voor republikeins houdt. In “de aard der zaken” blijkt Lucretius, tot vreugde van zijn lezers in de 18de eeuw aan te tonen dat een door goden gesanctioneerde staatsordening nergens op berust. Bij de presocratici reeds en ook bij Epicurus zelf, voor zover we daar voldoende over weten, ligt de idee voor dat op grond van kennis van de natuur de idee dat de religies, de Griekse en dus ook de Romeinse goden voor het verstaan en begrijpen van de orde der dingen betrekkelijk weinig bijdragen.

Hoewel het een andere discussie lijkt, heeft het verhaal van Socrates, vooral zijn apologie dan en zijn dood door de gifbeker op beschuldiging van ontregelende omgang met de bloem van de Atheense jeugd, eindelijk tegen de visie van Plato zelf ingaat, die voor de staat een strakke constructie voor ogen heeft onder leiding van een koning-filosoof die de waarheid in pacht heeft. Socrates wil net aantonen dat elkeen moet leven volgens de wijsheid en inzicht in de waarheid die hij kan verwerven. Dat vrouwen niet in dit verhaal voorkomen, mag ons ook niet ontgaan.

Epicurus en vooral Lucretius hebben blijkbaar meer oog voor wat er in de werkelijke wereld leeft en laten aan de hand van een nieuwe kosmologie, waarin een begin van deeltjestheorie centraal staat, zien dat de wereld niet voorbedacht is geworden en dat we de toekomst ook niet altijd voorzien kunnen. Aan de andere kant, de ataraxia lijkt altijd weer voor misverstanden te zorgen. Zorgeloosheid ten aanzien van wat? Vrij zijn van zorgen om wat men doet, of vrij van zorg om wat men doet en de gevolgen daarvan? Eerlijk is eerlijk, het is en blijft vooralsnog iets wat ik uit het boek hoop te kunnen begrijpen.

Staatsontwrichtend

Waar men van de Stoa, eindelijk de nieuwe Stoa, die tot ons is gekomen via Seneca, Marcus Aurelius ook een beeld heeft van gestrenge plichtsbetrachting, virtus en pietas zoals hoger reeds vermeld en waar de Romeinen als Cicero naar verwijzen, zou de leer van Epicurus vreemd zijn geweest. De introductie die Piet Schrijvers bij zijn vertaling schrijft, laat zien dat dit net de uitdaging voor Lucretius was, aangeven dat zijn leer, die hij in het Latijn presenteerde, voor de Romeinen niet schokken maar juist beantwoorden zou aan de noden van de deugden van de Romeinse burger.

Hoe merkwaardig het resultaat mag zijn blijkt uit het feit dat deze tekst de eerste volledige bron uit de Latijnse letteren zou zijn, al hebben we slechts twee versies van de tekst die uit de tijd van Lucretius en Cicero zelf dateert. Gedurende de middeleeuwen kwam de tekst niet echt op het curriculum voor van de studenten in de abdijscholen of de universiteiten, maar auteurs in de Nieuwe Tijd, zo blijkt, komt de lectuur van deze introductie blijkbaar goed van pas. Ook al, zegt men dan, omdat net Lucretius laat weten dat de religie de bron van alle kwaad zou zijn.

In het besef dat Lucretius schrijft in een periode dat Marius en Sulla als eersten de fundamenten van de Republiek onderuit halen, waarna Cicero zelf de misvattingen en het normdoorbrekende gedrag van Pompejus, Julius Caesar en anderen zou beleven, kan men de bedenkingen van Cicero misschien begrijpen, want hoe kan deze tot een wereldrijk uitgroeiende stadstaat nu zo ten gronde gaan? Zoals sommigen later het christendom hiervoor verantwoordelijk achten, blijkt Cicero Lucretius als bron van het kwaad te mogen en moeten zien. Horatius zou met zijn Carpe diem nog een stap verder gaan en aanzetten tot genot zonder acht te slaan op de gevolgen.

Persoonlijke ontwikkeling

Hoe meer we ons met de Verlichting inlaten en met de moderniteit, hoe meer ons telkens opvalt dat doctrines en inzichten ofwel het geheel van de staat, de samenleving aanbelangen ofwel gericht zijn op het welbevinden van het individu. Toch vindt men zo op het oog in het werk van Lucretius een boeiende evenwichtsoefening, waarin het individu aangeraden wordt het eigen welzijn en welbevinden goed voor ogen te houden, zonder de rol in de samenleving uit het oog te verliezen. Er doet zich in het denken van de Philosophes, van de Schotse moralisten en Duitse rationalisten een probleem voor, dat verder onderzoek lijkt te vergen. Het is de vraag of de religie, die de bron is van alle kwaad in de filosofie een waardig en vooral beter alternatief heeft gevonden. Nietzsche lijkt te stellen dat godsdienst opium voor het volk is, maar wie onderdoordacht stellingen van anderen overneemt, lijkt het wel de ervaring, kan in hetzelfde euvel terecht komen. De kennisname van de verschillende filosofische benaderingen en het onderzoek zou dus metterdaad meer aandacht wel verdragen.

Het komt ons van belang voor te zien hoe complex de receptie in deze periode wel is, want jawel, men citeert de aanval van Lucretius aan het adres van de religie als staatsdragende instantie. Hij noemde de religie als bron van alle kwaad in de Romeinse context, omdat die de onvrijheid van het individu in stand hield, terwijl hij wel benadrukte dat, corresponderend met het algemene wereldbeeld de persoon zelf zoals de particuliere deeltjes volgens eigen stromen bewegen. Maar anderzijds kan de persoon wel een verbond sluiten met anderen, zonder dwang van derden. Werd het boek in een concrete cultuursfeer geschreven, dan bleef het ook bij de receptie voorwerp van afkeuring, hoewel het wel intrigeren moest. Het kan daarom in de discussie over de persoonlijke ontwikkeling niet ontbreken, te meer omdat het voor de filosofen van de Verlichting zo een belangrijke bron blijkt te zijn geweest om de katholieke godsdienst als bron van alle kwaad af te wijzen. Ook meer gematigde figuren als Goethe en Schiller vonden dat de georganiseerde religie niet echt greep op het leven mocht hebben en zij grepen, volgens Safranski aangeeft bewust terug op de pagane oudheid. Of zij Lucretius kenden? Voor Goethe kan gelden dat hij er een werk over wilde schrijven, maar terug schrok wegens een gebrek aan deugdelijke informatie. Over Gasendi, een Franse filosoof en wiskundige die zich met Lucretius had ingelaten, schreef hij in zijn dagboeken.

De reden is dat de cura Sui voor Goethe e.a. ook in Frankrijk en het UK een belangrijk topic was geworden in een tijd waar godsdienst als zodanig vooral formalistisch geworden bleek. De kerk in de achttiende eeuw in Europa was in een diepe crisis, wat zelfs priesters en prelaten ertoe bracht zich geestelijk te voeden met nieuwe richtingen in het denken. Het sleutelen aan zichzelf om het geluk te vinden i.p.v. zich te beroepen op de religie en de inbreng van de priesters, via de pastorale zorg, lag voor de hand. Verwijzingen naar vele loges, stromingen als van de Illuminaten kunnen hier duidelijkheid scheppen. Ook in de werken van Goethe, Die Wahlverwantschaften – onlangs in nieuwe vertaling verschenen – als Wilhelm Meisters Lehrjahre, speelt dit thema mee om zowel de plot als de uitwerking zelf te stofferen.

Afwijzing van de Bildung

Vandaag blijkt men met de zelfzorg en de Bildung als ideaal nog weinig uitstaans te hebben. De afwezigheid van een discussie over de grondslagen van de Verlichting, op enkele slogans na, in de publieke sfeer en de idee als zou de Bildung niet meer van deze tijd zijn, vormt een verklaring, een andere is dat men inderdaad het individualisme promoten wilde, maar finaal niet verder kwam dan het voorstellen als zou het gaan om de verschuiving van de aandacht voor de persoon als burger naar de persoon als consument.

Men zegt dat vandaag empathie het heeft overgenomen van het individualisme, ook al omdat dit zou passen in onze stamboom. Duidelijk is het niet wat men met empathie bedoelen kan, want het kan evengoed om een berekenen gaan hoe de ander reageren zal of hoe de ander met de dingen omgaat. We lijken op de ene golf te surfen en vervolgens, ongemerkt of welbewust op een andere door te gaan, terwijl we vergeten willen hoe anderen in een ander heden met gevoelens en bewustzijn omsprongen. De lectuur van Lucretius, maar ook de brieven van Belle van Zuylen laten zien dat vorming, zichzelf vormen een belangrijk aspect van het menselijke bestaan vormt. De opmerking van Jan Caeyers, dat Ludwig van Beethoven op eigen houtje heel wat las en studeerde, mag ons niet ontgaan. Of hij ook kennis had van Lucretius, weten we niet, maar het zou best kunnen dat hij begreep dat de passie ongezouten weergeven van geen betekenis is, wel de passie op te wekken bij de toehoorder.

Het is iets wat ik nog hoop te ontdekken bij Lucretius en anderen: mag wat onze zintuigen ons vermogen te beroeren enig belang toegekend worden. Zelf menen we van wel, maar of dit hedonisme moet heten? De natuur, een lichaam, een geur, al dan niet door een parfumeur geschapen, heeft dat betekenis? Uiteraard wel. In die zin kan men maar beter hedonisme welgevallig delen, omdat dit in wezen niet zo heel veel “kost” en het welzijn zeer ten goede komt. Het kan zo uitpakken dat het genieten, waar we ons vandaag volgens de media moeten aan overgeven, eindelijk het genot zelf in de weg komt te staan. Hoezo? Omdat we vergeten dat wat ons overkomt, zomaar, bij ons dagelijkse bezig zijn, ook best aangenaam kan zijn. In die zin blijft de aansporing de dag te plukken echt wel waardevol. Met andere woorden, de vraag is of Epicurus en Lucretius ons vragen het genot te zoeken of net het genot dat op onze weg komt te proeven en volle teugen te genieten. Aangezien Piet Schrijvers in zijn benadering laat zien dat Lucretius zijn (Romeinse) publiek wenst aan te spreken op wat hen na aan het hart ligt, de pietas dus, de verbondenheid met het Vaderland en de virtus, die de persoon de energie geeft om dat vaderland ten dienste te treden, kan hij de indruk wekken tot dat proeven van het toevallige, van het welgevallige. Het vaderland voor Lucretius is niet gebonden aan een godsdienst, maar kan niemand onberoerd laten, want het welzijn van de samenleving is hem niet onverschillig.

De Moderniteit voorbij

Vooralsnog moeten we proberen de tekst verder tot ons te laten doordringen. De analyse van het Nachleben geeft aan dat Lucretius in de 18de eeuw hierom van belang was voor de Aufklärung, dat hij de weg toonde om zonder een externe autoriteit het nodige te doen. In die zin kan men hem wel volgen als hij stelt dat de religie een bron van kwaad kan zijn, of scherper, de bron van alle kwaad. Het is de kwestie of heteronome autoriteit ons in onze vrijheid beperken kan. Maar, zoals we al vaker ter discussie stelden, moeten we hier enkel de Godsdienst als formele structuur, zoals de RKK anno 2011 voor ogen hebben, of gaat het om elke vorm van heteronome autoriteit die afgewezen moet worden, zoals het Neoconservatisme of zelfs wat rest aan marxisme in die zin begrijpen? En wat komt dan in de plaats? Hoe gaan we dan na wat ons te doen staat?

Te bedenken valt dat we ons vrij kunnen maken van een oordeel dat gevormd is door derden, door een hogere instantie, zoals de prelaten van de kerk of de voorgangers van een rationalisme, dat op grond van een strakke aanname over de totale verklaarbaarheid van alles, het individuele handelen lijkt te beschouwen als voorgegeven. Zo bekeken kan men immers ook het genot gaan aansturen en de vormen die het kan aannemen. Nu de grote (ideologische) verhalen dood verklaard werden, nu we ons zeker weten van de leer van Darwin, in een moderne vorm, zegt men, nu de evolutiepsychologie ons steeds meer laat zien dat wat we doen onontkoombaar met onze natuur te maken heeft en dus de cultuur hoogstens een laagje vernis zou vormen, kunnen we volop voor een hedonisme gaan? We geloven dat dit op verschillende aannames berust, die we niet hard kunnen maken. Om maar te bedenken dat als onze handelingen volkomen gedetermineerd zouden zijn – hoe dat zo komt legt men niet altijd uit – het genieten van bijvoorbeeld een sonate voor viool voor de een wel betekenis en de andere niet, dan is dat niet voorgegeven. In die zin is genieten meer met aanvoelen en ervaring verbonden dan we graag aannemen.

Voorbij de ascese

Deze kanttekeningen brengen ons tot de vaststelling dat de aard van de dingen ons niet tot rigoureuze ascese hoeft te brengen als voorwaarde voor een goed leven, evenmin tot een zoeken van het genot of van macht en prestige, maar tot een meer ontspannen omgang met de dingen, vooral met aardse rijkdommen en de schatten in de aardbodem. Kortom, als het zich voordoet het genot niet te weigeren en als het zo uitpakt het genot niet per se willen, omdat er andere zaken in het spel zijn. In wezen kan dit de persoon minder berekenbaar en voorspelbaar maken en het komt ons voor dat we gemakkelijk vergeten dat we zelf daarover meester zien te blijven om geen slaaf te worden van deze of gene producten. Een zwijntje uit de kudde van Epicurus, zoals Horatius zich noemde, te zijn hoeft een meerstemmig leven niet uit te sluiten.

Hoe of deze inzichten bij een nadere lectuur van het werk van Lucretius stand zullen houden is ons nu onduidelijk. Maar het zou wel wat uitmaken als we konden merken dat het gesprek over deze en andere zaken mogelijk zou blijken. Vandaag merken we vooral een sterke neiging tot stellingname op, die niet altijd bijdraagt tot betere inzichten, maar precies berusten op de “Idées Reçues” die het ons gemakkelijk maken onze positie niet opnieuw in vraag te hoeven stellen. Misschien mogen we hopen dat het ook aan de vraag kan bijdragen een meer duurzame omgang met de natuur zelf te ontwikkelen. Waarom zou men een weg over een onbereikbare bergtop dichterbij te brengen het genot verhogen? Of een stuk bos of oerwoud gemakkelijker voor het toerisme toegankelijk te maken tot meerder genoegen van de onverzadigbare toerist? Net daar zou enige aanzet tot ascese de natuur beter tegen de menselijke overconsumptie kunnen beschermen.

De pursuit of Happiness is een belangrijke verworvenheid van de 18de eeuw en de Verlichting, we bedoelen, het is belangrijk te beseffen dat we zelf de voorwaarden voor ons welbevinden kunnen scheppen, maar dat betekent ook dat we ons verwachtingspatroon onder ogen kunnen zien. Een quatuor beluisteren of een tentoonstelling bezoeken, een wandeling door het polderlandschap, waarom zou dat alles niet een betekenis kunnen hebben? Als gezegd, er is nog een en ander bij te bedenken, maar deze vertaling van Lucretius’ “De rerum Natura” brengt ons toch meer bij dan wat grasduinen in een twee duizend jaar oud geschrift, het laat toe ons wat los te maken uit de knellende banden van de actuele discussies. Met genoegen heb ik kennis genomen van deze vertaling en ik hoop dat andere lezers dat ook genoegen ook kunnen smaken.

Bart Haers

9/03/2011

Reacties

  1. 1.De vrijheid keuzes te maken.
    Kortom de discussie omtrent de vrije wil. We doen niet wat we willen, maar we willen wat we doen. De believers en de non-believers. Dat er nog steeds mensen zijn die geloven dat de (vrije) wil niet gedetermineerd is door materIële processen, maar iets dat ergens (waar?) immateriëel zweeft , ach we kunnen het alleen maar vaststellen en betreuren.

    2.Niets onder controle : Dat lijkt ons de negatie van de vrijheid keuzes te maken.

    3.De rerum natura.
    De kern van de zaak is uiteraard het epicurisme. Het echte epicurisme uiteraard en niet de karikatuur die de kerkvaders ervan hebben gemaakt.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. de verwondering van Bart Haers zei
    ad primum: De bepaling in materiële zin, hoe stelt men die zich dan voor? Zelf ben ik niet de mening toegedaan dat lichaam en geest van elkaar gescheiden zouden zijn of te onderscheiden. Maar die materiële gegevenheid, wat u de logica zelve vindt, kan men voor zover het psychologische onderzoek te volgen is, voor zover neurologen blijken aan te kunnen geven wel beschreven te kunnen worden, maar niet voorspeld te kunnen worden. Zelfs bij acuut gevaar of grote behaaglijkheid reageren mensen nog niet altijd op dezelfde wijze. Ik begrijp niet dat men het determinisme als enige conclusie kan formuleren, wanneer men de eenheid van materie en geest accepteert.

    ad secundun: niets onder controle, betekent wat er staat, dat personen voor de toekomst niet altijd weten hoe ze tegen de dingen aankijken zullen en hoe ze ermee zullen omgaan. Ook kunnen derden, ondanks al die ingenieurs van de ziel maar povere resultaten voorleggen. Dat betekent nog niet dat opvoeding en vorming geen resultaat hebben, maar de resultaten zijn niet altijd vooraf bepaald. En de vrijheid, persoonlijk, een eigen weg te kiezen, niet accepteren betekent volgens mij dat de hele santenboetiek van de Verlichting even zinloos zou zijn als die andere santenboetik. Er zijn argumenten voorhanden om aannemelijk te maken dat de cultuur van beheersing van de ander bv via wetten de persoonlijke keuzes niet kan bepalen. Het recht op opstand kan men moeilijk waardevol vinden als er geen vrijheid zou bestaan.

    Ad tertium zou ik denken dat de kritiek op het epicurisme, waarvan Lucretius wellicht de beste vertaling heeft gegeven, door politici en andere elites niet zo heel erg gewaardeerd werd, zoals Cicero, geen kerkvader, liet blijken. In de 18de eeuw was net het epicurisme voor Denis Diderot het argument om de kerk en de vorst hun machtsaanspraken te ontzeggen.

    conclusie, verre van obstinaat inzichten en visies a priori af te wijzen, lijkt me een open benadering de beste garantie om zich een beeld te vormen van wat mogelijk en denkbaar is. Als je een strijkkwartet muziek hoort spelen, dan merk je pas hoe training en inzicht ertoe leiden kunnen dat uit de bepaling, die de partituur oplegt toch nog iets zeer levendigs kan voortkomen. Hopelijk kan u inzien dat dit vooral een metafoor mag heten. En ja, over de vraag wat Epicurus betekenen kan voor ons, dat hoeft toch niet blind en infantiel consumentisme te wezen. Maar ja, die kerkvaders liggen u op de lever.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. 1 • U verwart gedetermineerd zijn met voorspelbaarheid. Het is niet omdat de uitslag van de lotto niet voorspelbaar is dat de val van de balletjes niet gedetermineerd zou zijn.
    2 • U leest de woorden “niets onder controle” anders als ik. U leest het als vrijheid. Ik lees het als de ontkenning van die vrijheid. U gelooft in een controlerende instantie die ons universum zou overstijgen en ergens in een andere, ideële wereld zou rondzweven. Ik geloof in een hersenactiviteit die gebaseerd is op materiële processen.
    3 • Het was het epicurisme zelf dat niet gewaardeerd werd. Inderdaad ook niet door Cicero, maar zeker ook niet door de kerkvaders. Wat het epicurisme voor ons kan betekenen vandaag is inderdaad geen infantiel consumentisme, maar een authentiek doorleefd vitalisme. Het is niet omdat het bewustzijn in uw vlees zit en omdat het er integraal deel van uitmaakt, dat het minder waard zou zijn: niets belet de materialist om de spankracht, de creativiteit, de schoonheid, de fijngevoeligheid of de liefdevolheid van de menselijke intelligentie te erkennen.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Met uw welnemen, uw reactie stelt me enigszins gerust, meer nog, ik was net zinnens nog eens over een en ander na te denken. Nu, eveneens met uw welenemen wil ik uw punten 1 en 2 samen behandelen:

    Ik begrijp dit niet goed wat gedetermineerdheid, bepaaldheid tot zou betekenen als er niet voorspelbaarheid uit zou voortvloeien. Immers, het is precies mijn argument om al te zeer gedetermineerdheid als bepaling van de dingen, de materiële wereld, waaronder de werking van het centrale zenuwstelsel valt, naar voor te schuiven. In de materiële wereld, weten we sinds Newton hebben we een heel aantal wetmatigheden ontdekt, van de zwaartekracht tot en met zwakke kernkracht en van vele stoffen weten we uit onderzoek van chemici hoe die op elkaar reageren. Ook lichaamseigen stoffen, als hormonen hebben hun invloed op de hersenen, bepalen mee ons gedrag, daar kan zelfs een rationalist niet onderuit. Maar toch, blijkt telkens weer kan zowel in de materiële wereld entropie toeslaan, waarvan we de uitkomst niet kunnen voorspellen. Ook de platentektoniek kan die bepaaldheid niet ontkomen en toch, wat het voorspellen van vulkaanuitbarsteningen of (zware) aardbevingen aangaat, ziet men niet goed in hoe die voorspeld kunnen met de nodige preciese om er het aantal slachtoffers van te voorkomen.

    U meent in mijn schrijfsels enig platonisme te onderkennen, een accepteren van een soort ideële wereld die de onze zou besturen en beheersen. Ik weet niet hoe ik nu net duidelijk kan maken dat die stuurbaarheid voor mij a) noodzakelijk, b) wenselijk en c) rustgevend zou wezen, want net dat zijn de facetten van het bestaan die mij het vreemdst zijn.

    Via het ommetje van punt 3 denk ik duidelijk te kunnen maken dat voor mij de mens, die juist onvolkomen is, zo ter wereld komt, zo in de wereld staat en ooit eens zal verlaten, eventueel zelf gekozen. Net nu ben ik bezig met de biografie van M Vasalis, arts, psychiater en dichter, die mij zeer verrast omdat er een leefwereld aan de orde komt, die mij wel boeiend voorkomt. Het epicurisme werd door kerkvaders niet zozeer bekritiseerd als u lijkt aan te nemen, want eerder hield men zich bezig met de Stoa en het ascetisme. Maar ook hier, kennis hiervan is voor mij geen voorwaarde of noodzaak voor mijn eigen bestaan of er inzichten aan te ontlenen om naar deze wereld te kijken. Zij, net als mystieke dichters en auteurs kunnen verhaalstof opleveren om deze wereld alvast voor onszelf in woorden te vatten. En, hiermee ben ik in het goede gezelschap van Jean-Paul Van Bendegem die in Entropie en Hamlet eraan herinnert dat men zowel de kennis van de verhalen als van wetenschappen voor de moderne mens best samengaan.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. vervolg van het voorgaande:

    Het blijft daarom vreemd dat u zo stevig inhakt op mijn waardering voor de wijze waarop de ouden tegen bepaalde inzichten aankeken. Ik voel mij nergens gedwongen om de inzichten van de Kerkvaders te volgen, meer nog, iemand als Augustinus lijkt me soms een zeer boeiende gids om te zien hoe een filosoof doordacht tegen zijn (ten onder gaande) wereld aan te kijken. Verder denk ik, dat het vitalisme niet gedoofd werd door de Kerk als zodanig, want u vergeet hoeveel sociaaldemocratische politici eraan gelegen was geheelonthouding aan te prijzen. Overigens, vandaag biedt de wetgeving op allerlei gedrag stof tot nadenken, want het rustig genieten van maaltijden overgoten met heerlijke vette sausjes of alcohol en andere vormen om uit de bol te gaan lijkt vandaag, tegen de aandrang tot consumeren in te gaan. Een rustig genieten, van de schaduwrijke lommer van de wilg of de (tijdelijke) afkeer van Appoloon ten gunste van Dyonisos/Bacchus lijkt vandaag geen zaak meer te zijn. Maar die arme studenten die nu twee, soms zelfs vier keer per jaar een blok voor de voeten geschoven krijgen om te toch maar te slagen, dat lijkt me echt wel op de vermogens van de student zichzelf voor te bereiden en tegelijk al eens heerlijk een nacht door te steken. Misschien ligt het verschil van mening hieraan dat ik bepaalde aspecten van de georganiseerde vrijzinnigheid omwille van de drammerigheid als hinderlijk ben gaan beschouwen. Het atheïsme zelf en andere aspecten van het denken dat de Verlichting - vooral de vrijheid van denken en dus het vermogen te dwalen - heeft me altijd gefascineerd. Maar daarover hoop ik later nog uitgebreid te schrijven, al gaf ik daartoe al aanzetten in recente boekbesprekingen,

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Ik denk na over uw repliek. Indien we een betere kennis en inzicht hadden in de materiële oorzaken van ons denken en handelen, zouden voorspelbaarheid en gedetermineerd zijn inderdaad samenvallen. Maar onze kennis en inzicht groeit. Ik had uw repliek wel enigszins verwacht.
    Toch even , als het mag, van harte aanbevolen: de publicaties van Michel Onfray, in wiens denken ik veel terug vind van mijn eigen overtuigingen omtrent een en ander, gegroeid door levenservaring.
    De poëzie van mevrouw Dr. Margaretha Droogleever Fortuyn-Leenmans spreekt mij uitermate aan. Overigens wel leuk en toevallig te bedenken dat zij ook een tuin had, net zoals Epicurus . (Evenzeer als de poëzie mij aanspreekt van die andere psychiater, de heer Dr. Rudi P. Hendrik van den Hoofdakker, maar goed, dit dus tussen haakjes) . Ik ben benieuwd naar uw commentaar. Overigens uw eigen poëtische schrijfsels waardeer ik hoger dan uw andere bespiegelingen (maar ik val hier in herhaling). Onlangs was er een feestje met en onder vrienden waarop ik aan de feestdis navolgend fragment voorlas uit de poëzie van Vasalis:

    " Vriend, metgezel, die meer en minder is
    dan vader, moeder, minnaar, kind
    hetzelfde als ik, maar anders
    onafhankelijk en toegewijd
    ouder, jonger, van dezelfde tijd.
    Trooster, die getroost kan worden
    baken en verhanger van borden
    broeder, maar van een andere moeder, zonder rivaliteit
    met wie ik samenloop en die mij begeleidt.
    Hij gunt mij om te leven en als ik dood
    zou willen, geeft hij mij gelijk.
    Soms is het, dat ik om hem alleen
    verdragen blijf, wat zonder hem ondraaglijk scheen.
    Zonder een enkele verplichting
    loop ik en altijd in zijn richting."

    Vriendelijke groet.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Ik denk na over uw repliek.

    Indien we een betere kennis en inzicht hadden in de materiële oorzaken van ons denken en handelen;, zouden voorspelbaarheid en gedetermineerd zijn inderdaad samenvallen. Maar onze kennis en inzicht groeit. Ik had uw repliek wel enigszins verwacht.

    Toch even , als het mag, van harte aanbevolen: de publicaties van Michel Onfray, in wiens denken ik veel terug vind van mijn eigen overtuigingen omtrent een en ander, gegroeid door levenservaring.

    De poëzie van mevrouw Dr. Margaretha Droogleever Fortuyn-Leenmans spreekt mij uitermate aan. Overigens wel leuk en toevallig te bedenken dat zij ook een tuin had, net zoals Epicurus . (Evenzeer als de poëzie mij aanspreekt van die andere psychiater, de heer Dr. Rudi P. Hendrik van den Hoofdakker, maar goed, dit dus tussen haakjes) . Ik ben benieuwd naar uw commentaar. Overigens uw eigen poëtische schrijfsels waardeer ik hoger dan uw andere bespiegelingen (maar ik val hier in herhaling).

    Onlangs was er een feestje met en onder vrienden, waarop ik aan de feestdis navolgend fragment voorlas uit de poëzie van Vasalis:

    " Vriend, metgezel, die meer en minder is
    dan vader, moeder, minnaar, kind
    hetzelfde als ik, maar anders
    onafhankelijk en toegewijd
    ouder, jonger, van dezelfde tijd.
    Trooster, die getroost kan worden
    baken en verhanger van borden
    broeder, maar van een andere moeder, zonder rivaliteit
    met wie ik samenloop en die mij begeleidt.
    Hij gunt mij om te leven en als ik dood
    zou willen, geeft hij mij gelijk.
    Soms is het, dat ik om hem alleen
    verdragen blijf, wat zonder hem ondraaglijk scheen.
    Zonder een enkele verplichting
    loop ik en altijd in zijn richtingé.

    Vriendelijke groet.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Geachte,

    Via mail kreeg ik bericht dat u reageerde, maar de tekst verschijnt hier niet, helaas, want het lijkt me interessant erop door te gaan. Door intussen iets anders te publiceren, lijkt het u wellicht dat ik de discussie wenste af te sluiten, quod non. Anderzijds, ik wil er wel wat meer tijd voor nemen en kijken wat ik met Onfray aan kan vatten. Anderzijds, de discussie over het essay van Ludo Abicht, de Haan van Asclepius, hebben we al daartoe gelegenheid gehad. Dus, tja, wellicht komt er dus spoedig weer gelegenheid om het debat verder te voeren. Maar als gezegd, uw mail bood met voldoende aanleiding om erop door te gaan.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts