Cloaca (maxima)
Stelen en verzinnen
Trots stond de man bij zijn artefact
Machine om te voeden
Die ons de stront des daags levert
Zelf gevonden lezen we op zijn gezicht
Al die jaren vonden we het vreemd
Dat zijn vinding niet ter sprake kwam
Want voor wetenschappers
Toch een ideale proefopstelling
De krant weet nu te melden
Dat de Universiteit Gent
Al jaren maag en darmen
In potjes en buisjes heeft gevangen
Het leven van de bacteriën
Van zuren en schimmels
In dat binnenste van ons
Waardoor we staan en zitten
Denken en lopen kunnen
Zonder dat geen kennen
Geen voelen en genieten
Dus wel wezenlijk voor ons begrijpen
Dat de kunstenaar niet ontging
Ach, we stelen allen met de ogen
Zien gedachten passeren en laten ze
Wel eens beschimmelen en verteren
Tot er iets uit komt dat we wel waarderen
Soms verzinnen we een schone gedachte
Ergens vandaan en hier verschraald
Tot ik die opvang en vertaald
In woorden een nieuw leven geef
Zoals mijn kijken naar jou
Hoe je wandelt en net weer in het licht danste
Kon ik je wel schilderen
Zoals je mijn ogen kuste
Gehuld in taf en zijde
Was het weten van je innerlijke leven
Echter niet meer je dat
Maar je huid
Van je dijen en armen,
Je buik en boezem
Dat alles was weer wonder
Hoe verzinnen we het kader
Om te vergeten
Dat we niet zijn kunnen
Zonder die innerlijke machine
het verder vooral vergeten
Met onze ogen stelende
Wat de schoonheid
Ons te verzinnen overlaat
bArt
24 maart 2011
Reacties
Een reactie posten